Carta pa corigi ponencianan eroneo di Knops..
Betreft: reactie aan Staatssecretaris Knops op aanhouding besluitvorming
Rijksministerraad 17 december 2021
Geachte Voorzitter,
Op 21 december j.l. ontving ik een brief van Staatssecretaris Knops over de aangehouden
besluitvorming in de Rijksministerraad van 17 december j.i. Middels schrijven d.d. 22
december j.l. heb ik op die brief gereageerd.
Ik heb allereerst gesteld dat de in inleiding van de brief van 21 december de indruk wordt gewekt dat vanuit Arubaanse zijde de Nota van Wijziging (NvW) als nieuwe voorwaarde wordt beschouwd. Dit is niet correct en nooit als zodanig door Aruba gecommuniceerd.
Aruba heeft duidelijk aangegeven dat de Nederlandse voorwaarde, te weten het ondertekenen van de verlenging van het Protocol van 22 november 2018 (hierna:
Protocol) zonder einddatum, een nieuwe voorwaarde is voor het ontvangen van liquiditeitssteun. Deze voorwaarde valt buiten de reeds gemaakte afspraken. Uit de brief van de Staatssecretaris maak ik op dat dit van zijn zijde niet als een nieuwe voorwaarde
wordt gezien. Nu en het verlenen van liquiditeitssteun en het afwijken van de begrotingsnormen ex artikel 23 Landsverordening Aruba financieel toezicht, ondanks positief acivies van het CAft, afhankelijk worden gesteld van het akkoord gaan met de
verlenging van het Protocol, is hier weldegelijk sprake van een nieuwe voorwaarde. Dit is ook aan de Staatssecretaris eerder deze maand gecommuniceerd.
Stand van zaken van het voorstel van Rijkswet COHO
Zoals in de brief wordt aangegeven, en zoals aan de Staten is uitgelegd op 13 december j.l., is het ambtelijk team op 2 december 2021 akkoord gegaan met het aanbieden van de concept NvW aan het bestuur van de desbetreffende landen. Dit na een intensieve
onderhandelingsperiode waarbij ambtenaren van alle vier de landen binnen het Koninkrijk op constructieve en respectvolle wijze hebben samengewerkt. Ook de Staatssecretaris weet dat de essentie van ambtelijke overleggen een voorbereidingstraject betreffen waarna er op bestuurlijk niveau nog altijd op integrate wijze wordtgekeken naar degedanevoorstellen. Dit betekentdat erte alien tijde ruimte is om de bestuurlijke overlegstructuren te volgen, inclusief overleg op ministerraad niveau.
Dit is naar mijns inziens een cruciaal onderdeel van behoorlijk bestuur. Door de recente uitlatingen van de Staatsecretaris in de media wordt de indruk gecreeerd dat er zonder meer na een ambtelijke voorbereidingsperiode een bestuurlijk akkoord dient te volgen zonder de nodige overlegstructuren te respecteren. Ook wordt de indruk gecreeerd dat Aruba geen waarde hecht aan het vastleggen en nakomen van afspraken. Voor Aruba is het juist van bijzonder groot belang om de gemaakte afspraken vastte leggen omdat het dan voor iedereen duidelijk wordt waar men aan toe is. Vandaar ook de verbazing over het plotseling moeten ondertekenen van een verlenging van het Protocol zonder einddatum.
Aanhouden besluitvorming
In een schrijven van de Staatssecretaris d.d. 9 december2021, benadrukt hij nogmaals dat er alleen sprake zou kunnen zijn van een verlenging van het Protocol zonder einddatum. Als reactie daarop, heb ik op 13 december j.l. aangegeven dat ik het ten zeerste betreur dat de Staatssecretaris de verdere verlening van liquiditeitssteun verbindt aan de door u verlangde verlenging zonder einddatum van het Protocol. Ik heb aangegeven dat een dergelijke handelwijze geen recht doet aan de wederzijdse inspanningen die tot nu toe zijn verricht ten behoeve van het financieel toezicht via de totstandkoming van de Rijkswet Aruba financieel toezicht (RAft) en dat er een zwaar beslag gelegd wordt op de verdere voortgang van de Rijkswet Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling (COHO). De medewerking door Aruba aan de Rijkswet COHO is herhaaldelijk
voorwaardelijk gesteld voor de verlening van liquiditeitssteun.
Ook heb ik benadrukt dat door Aruba zowel op ambtelijk als bestuurlijk niveau herhaaldelijk is aangegeven dat de totstandkoming van de RAft van groot belang is. De opmerking van de Staatssecretaris dat “de totstandkoming van de RAft daarmee ook uit
het zicht raakt” is voor ons daarom ook onverklaarbaar, omdat Aruba juist voor ogen heeft dat de RAft binnen een jaar tot stand komt, vandaar ook de wens van Aruba om het Protocol voor een jaar te verlengen.
Meerjarig financieel overzicht
Het beslispunt opgenomen naar aanleiding van het advies van het CAft is een weerspiegelingvan een aantalgebreken van het landspakket die herhaaldelijk door Aruba zijn aangekaart. Bij de opstelling van het document door Nederland is geen rekening
gehouden met de benodigdefinanciele paragraaf. Zowel voor Nederland als voor Aruba is het op dit moment vooralsnog onbekend wat de omvang van de kosten verbonden aan de hervormingsmaatregelen zijn. Nu wordt er van de landen verwacht dat er al in 2022 een meerjarig overzicht in de begrotingen wordt verwerkt terwijl verschillende onderzoeken nog gaande zijn en er geen inzicht is in de bijbehorende kosten.
Onbekend is wat het Nederlands financieel aandeel is bij de totstandkoming van de implementatiepiannen en wat het uitgangspunt van het CAft zal zijn als de hervormingsmaatregelen door Aruba zelf gefinancierd dienen te worden. Dit terwiji er tegelijkertijd geeist wordt dat de uitgaven verlaagd worden en het streven van Aruba is om de staatsschuld te verminderen. Kortom: ondanks dat nu niemand enig idee heeft wat het allemaal in 2022 en verder gaat kosten en wie ervoor opdraait wordt toch geeist dat
dit nu, vooruitlopend op de totstandkoming van de Rijkswet, in de begroting 2022 van Aruba al gespecificeerd wordt opgenomen. Zelfs volgens de letter en geest van de Nota van Wijziging hoort men in de begroting van 2022 nog altijd niets op te nemen omdat men immers niets concreets is overeengekomen. Dus kan dit op dit moment nooit als eis gesteld worden.
Nieuwe voorwaarde
Het sluiten van een protocol en zonder einddatum is een nieuwe voorwaarde die recentelijk gesteld is door Nederland, zoals ik de Staten op 13 december j.l. tijdens een openbare bijeenkomst heb gei’nformeerd. Relevant voor dit geheel is een brief van 11 oktober jl. die door de Staatssecretaris verstuurd is over het voorbereidingsproces richtingde Rijksministerraad. In de bijlage bij de brief gafde Staatssecretaris aan dat voor het ontvangen van liquiditeitssteun voorwaardelijk is (i) het advies van het CAft, (ii) de
voortgang geboekt bij de uitvoering van het landspakket en (iii) ‘eventuele, vooraf bepaalde, aanvullende voorwoarden’. Het ministerie BZKzou dan voor devolgende tranche aangeven wat de eventuele aanvullende voorwaarden dienen te zijn. U kunt begrijpen dat het voor Aruba volkomen onduidelijk wordt waar er steeds aan voldaan dient te worden door deze werkwijze, hetgeen door mij al schriftelijk op 25 oktober jl. bij de Staatssecretaris is aangekaart.
Verlenging Protocol Aruba-Nederland 2019-2021
Op geen moment is door Aruba aangeven dat er geen sprake kan zijn van financieel toezicht: integendeel. Duidelijk is aangegeven dat het ondertekenen van een protocol zonder einddatum tegen het budgetrecht van het parlement indruist en onconstitutioneel
is. Aruba kon instemmen met verlenging van een protocol voor een overgangsperiode. Tot op het laatste moment is door Nederland volhard dat er alleen sprake kan zijn van een protocol zonder einddatum. Hiervoor verwijs ik naar de door mij verstuurde brief op 13 december jl. met in de bijlage een negen pagina lange beschrijving van de ambtelijke correspondentie hierover. In de voorlaatste mail verstuurd door BZK, zoals vermeldt in de bijlage, wordt nogmaals benadrukt dat er sprake dient te zijn van een protocol zonder einddatum.
Het verbaast me dan ook dat de Staatssecretaris ineens aangeeft gepoogd te hebben een opiossing te vinden door een verlenging van drie jaar. Dit is nooit direct door de Staatssecretaris of door zijn ambtelijk team gecommuniceerd met Aruba. Tot op dat
moment was het standpunt van Nederland dat er geen sprake kon zijn van een protocol met een einddatum.
Overigens is de door de Staatssecretaris gebruikte term “gebruikelijke verlenging” tendentieus; het Protocol van 2018, dat voor drie jaren is afgesloten, is niet eerder verlengd, en dit Protocol was ook geen verlenging van de afspraken die in 2015 ter zake
zijn gemaakt. Er kan dus niet gesproken worden van een gebruikelijke verlenging van drie jaar, en zeker niet nu met voortvarendheid aan de Rijkswet Aruba financieel toezicht wordt gewerkt, die zich reeds in een vergevorderd stadium bevindt.
Tot slot
Zoals eerder aangegeven zet Aruba zich volledig in om de gemaakte afspraken na te komen. Ook ik hoop dat door middel van constructieve overleggen we op positieve wijze deze periode kunnen afsiuiten en richting een bestendige toekomst kunnen werken.
Het is nu voor het eerst dat de Staatssecretaris schriftelijk vastlegt dat Nederland akkoord kan gaan met een periode van drie Jaar als verlenging van het Protocol en derhalve van een verlenging zonder einddatum wordt afgestapt. Ik spreek de hoop uit dat we tot
overeenstemming kunnen komen over periode van verlenging van het Protocol, en derhalve het verlenen van liquiditeitssteun en afwijking van de begrotingsnormen. Ik heb voorgesteld dat onze ambtelijke teams de onderhandelingen op dit punt weer oppakken, binnen het kader van een verlenging van het protocol met einddatum.
In de brief benadrukt de Staatssecretaris het belang van de inwoners van Aruba. Ik heb de hoop uitgesproken dat niet alleen het belang van de inwoners van Aruba in woord benadrukt wordt, maar dat er in het verre Den Haag ook daadwerkelijk gehoor gegeven wordt aan de wensen van het Arubaanse volk.
In dit verband heb ik in herinnering gebracht het verzoek tot afbouw van de versoberingsmaatregelen (12,6%). De werknemers die sinds 1 mei 2020 trouw elke maand een deel van hun salaris hebben opgeofferd, hebben recht op enig perspectief, en ik vind dat wij hen dat perspectief moeten bieden. Ik vertrouw erop dat we hierin zullen slagen.
Tenslotte heb ik een afschrift van mijn brief gezonden aan de Tweede Kamer, zulks ter completering van zijn brief van 22 december 2021, waarin hij de Tweede Kamer heeft geinformeerd over de aangehouden besluitvorming in de Rijksministerraad van 17
december j.l.
Ik vertrouw erop de Staten te hebben geinformeerd.
Met vriendelijke groet.
Minister President van Aruba
mr. Evelyn Wever-Croes